17-01-2011

over nagelbijten en zo...

de ballade van Arie Hop

Aanhoort het noodlot, fel en wreed
van een kind, dat op z'n nagels beet.

Een kind, dat met z'n eigen tanden
tot zijn schade en zijn schande

stukjes van zichzelf op at
en in zijn onverstand vergat,

dat als die eerste hapjes smaken
men aan zichzelf verslaafd kan raken.

Zo vergaat het menig kind,
dat zichzelf zo lekker vindt.

Ook het kind uit dit verhaal
genoot zo van zijn eigen maal,

dat het verder alle dagen
in extase door bleef knagen.

Reeds was het kwaad niet meer te stoppen
reeds kloof ie aan zijn vingertoppen

en zette weldra ook zijn tanden
in de stompjes van zijn handen.

En tot ontzetting van zijn ouders
in zijn bovenarm en schouders.

Voldaan keek hij toen in het rond
en sprak met overvolle mond:

'Ik vind mijzelf, als U 't wil weten
gewoon een kind om op te vreten.'

En hief al weer een been omhoog
en knabbeld' aan zijn eksteroog.

Men hoorde hem vraatzuchtig smakken
op de pezen van zijn hakken,

zag hem zalig d'ogen sluiten
toen hij beet kreeg aan z'n kuiten,

reikhalzend happen naar zijn dij
helaas - hij kon er niet meer bij

en is - zienderogen afgenomen -
van de honger omgekomen.

Heel duid'lijk is hier de moraal:
Wordt nooit Uw eigen kannibaal.

John O'Mill

Noot: met dank aan Jos

Geen opmerkingen:

Een reactie posten